Elke week verschijnt een column over iets dat opvalt in Australië en wat voor een nieuwsgierige Hollander niet goed te begrijpen is. Nederland en Australië lijken natuurlijk op elkaar, maar dat valt bij nader inzien vies tegen. Een ontdekkingstocht door het onbegrijpelijke Down Under. Fair Dinkum! Echt waar!
Het stoplicht
stoplichtSoms kan het Australische leven irritant zin. Bloedirritant. Vergeten zijn dan de prachtige stranden, de blauwe lucht, de stralende zon en de barbecue-no-worries-tralalala-mentaliteit. Neem de verkeerslichten in Sydney. Een trivialiteit, zo lijkt het. Niets om je over op te winden, verkeerslichten zijn verkeerslichten, rood, oranje en groen. Niet in Sydney. Daar zijn verkeerslichten bron van ongekende irritaties en frustraties. Verkeerslichten zijn hier namelijk STOPlichten. Eindeloze, niet aflatende stoplichten. Waar elk beetje-stad in Europa het fenomeen ‘groene golf’ kent, daar lijken de verkeersdeskundigen in Sydney nog nooit gehoord te hebben van afstemming van de verkeerslichten. Zo kan het gebeuren dat over een lengte van een paar honderd meter een fietser of automobilist drie keer moet optrekken en weer moet stoppen, omdat de drie verkeerslichten niet op elkaar zijn afgestemd. Met als gevolg dat de vele macho-bestuuders met dotten gas optrekken, om honderd meter later weer krachtig te moeten remmen. Hoezo energiebesparend en milieuvriendelijk? En wat te denken van de stressfactor?

Buitengewoon knappe koppen hebben de afgelopen decennia in buitengewoon knappe studies uitgevonden dat een verkeersdeelnemer slechts een bepaalde wachttijd acceptabel vindt. Daarna begint het piratengedrag: door rood rijden, ongeduldig optrekken. In Europa is de wachttijd daarom beperkt: korter rood dus en dus ook korter groen. Niet in Australië. Daar gebeurt het regelmatig dat je meer dan twee minuten voor een stoplicht staat te wachten. Twee minuten, dat lijkt op papier een fluitje van een cent. Maar twee minuten of langer voor een rood stoplicht wachten, is echt gekmakend lang. Probeer het zelf maar eens. Geen wonder dat iedereen hier zo opgefokt is in het verkeer.

Nu zouden dit beschouwingen kunnen zijn van een gefrustreerde zuurpruim die alles beter denkt te weten. Maar een onafhankelijke deskundige heeft dezelfde frustratie ervaren. De Deense stadsarchitect Jan Gehl was in Sydney om onderzoek te doen naar de leefbaarheid van het zakencentrum. Gehl concludeerde wat elke buitenstaander weet, namelijk dat het Central Business District van Sydney onleefbaar wordt door het gek-makende verkeer, de lelijke gebouwen en de snelwegen door de stad. Eén van zijn conclusies was ook dat de voetgangers in de binnenstad worden geplaagd door de verkeerslichten: voetgangers moeten veel te vaak en veel te lang stoppen als zij van A naar B willen lopen. Op sommige routes staan wandelaars die zich keurig aan de wet houden, de helft van de tijd te wachten voor stoplichten. Bovendien moeten ze op een knop drukken, doen ze dat niet dan springt het licht nooit op groen. Auto's hoeven dat natuurlijk niet.
De burgemeester van Sydney heeft voorgesteld de binnenstad van Sydney op de schop te nemen: weg met de lelijke snelwegen en fly overs in het centrum, minder auto’s, meer pleinen, meer groen, ruim baan voor voetgangers en fietsers. Dat zou allemaal in 2030 klaar moeten zijn. Natuurlijk gebeurt dat niet, want de Australiërs zijn verslaafd aan hun auto’s en ze willen het liefst allemaal voor de winkeldeur parkeren. Maar vooruit, er is tenminste enige visie in dit land.

Jammer dat de plannen niets zeggen over de terreur van de honderden en honderden STOPlichten in de stad. Misschien dat we een actie moeten beginnen: breng de Groene Golf naar Sydney! Het zal wel verspilde energie zijn. Wie in Sydney woont en werkt zal waarschijnlijk tot de volgende eeuw blijven wachten voor de verkeerslichten. Op naar het volgende rode stoplicht. En het volgende rode stoplicht. En het volgende….
recent_foto
column
fair dinkum
wijziging op: 9-03-2010