Elke week verschijnt een column over iets dat opvalt in Australië en wat voor een nieuwsgierige Hollander niet goed te begrijpen is. Nederland en Australië lijken natuurlijk op elkaar, maar dat valt bij nader inzien vies tegen. Een ontdekkingstocht door het onbegrijpelijke Down Under. Fair Dinkum! Echt waar!
De kangoeroe

De Australiërs houden net als Nederlanders van dieren. Honden en katten worden geknuffeld, paarden uitvoerig geborsteld en de wilde dieren gekoesterd. Nou ja, met uitzondering van de kangoeroe dan. Arm beest.

Het nationale symbool van Australië heeft kennelijk een lage status. Skippy de boskangoeroe heeft de diersoort onlosmakelijk verbonden met Australie. Het dier staat in het wapen van het land. Sportsupporters zwaaien in het buitenland graag met een opblaasbare kangoeroe om hun sporthelden aan te moedigen. Maar daar houdt de liefde wel een beetje op.

In het binnenland is het dier zo goed als vogelvrij voor jagers met als argument dat de dieren schade berokkenen aan de landbouw. Daar is dan heel misschien nog iets voor te zeggen, hoewel het er rauw aan toe gaat. Volgens richtlijnen van de overheid mogen jagers baby-kangoeroes tegen de trekhaak van een auto doodslaan.

Helemaal bont maakten de organisatoren het van de Bathurst 1000 Car race. Bathurst is een plaatsje zo'n 200 kilometer buiten Sydney waar begin oktober duizenden en duizenden mensen een heel weekeinde komen kijken naar autoraces. De wedstrijden worden verreden in een natuurgebied bij Mount Panorama. Het hoogtepunt is een race over duizend kilometer met gewone opgevoerde personenauto's. Dat een race in een natuurgebied wordt gehouden, is al vreemd, maar daar gaat dit stukje niet over.

Het gaat over kangoeroes die zich redelijk massaal een plekje hebben verworven op de berg. Een paar jaar geleden gingen tv-beelden het land over, waarin een kangoeroe tussen de racende auto's terecht kwam en al springend en zigzaggend zich tussen de auto's door wist te bewegen. Het dier overleefde. Dat mocht niet meer gebeuren, zei de organisatie. Nou ja, de kans moest een stuk kleiner over.

Dus verleende het gemeentebestuur van Bathurst zonder er al te veel ruchtbaarheid aan te geven een vergunning om 140 kanngoeroes af te schieten. Hierdoor zou de groep buideldieren ongeveer worden gehalveerd. Veiligheid voor de 300 duizend bezoekers, die steevast allemaal stomdronken worden, beweerde het gemeentebestuur. Het departement voor Milieu en Klimaatverandering van de deelstaat New South Wales had geen problemen met de afschot.

Er kwamen wat protesten, maar die stelden niet zo veel voor. En het is ook wel begrijpelijk in dit land. Sport gaat bijna boven alles, zeker boven natuur en wilde dieren. Alleen de Groenen klommen in de pen, maar kregen weinig steun. De gemeente had de dieren toch ook op een andere manier van het parcours kunnen houden, redeneren de Groenen. Dat de race in een natuurgebied wordt gehouden, is een punt waar de partij maar niet over praat.

En voor wie moeten de kangoeroes het veld ruimen? De autorace is niet meer dan een grote, openbare zuippartij, waarbij de auto's met hun geknetter de stilte opvullen die valt tussen het proosten en toasten. Het drankprobleem is zo groot geworden dat alle bezoekers niet meer dan 24 blikjes bier per dag het terrein op mogen slepen. Het toernooi duurt drie dagen. En voor deze zuipschuiten moeten de kangoeroes het loodje leggen. Wie het begrijpt, mag het vertellen. De kangoeroe, het trotse symbool van Australië, verdient voorwaar een veel beter lot.

recent_foto
column
fair dinkum
wijziging op: 9-03-2010