Door Marc van den Broek
Sporen van een stripheld
Kuifje was in Schotland. De wereldreiziger Kuifje wordt vaak nagereisd. Veel details in zijn boeken zijn ontleend aan het echte leven. Zo zou de locatie van 'De Zwarte Rotsen' zijn gebaseerd op een Schots eiland. Zelf zijn de bewoners van Isle of Arran er niet erg van overtuigd. Op de 75ste verjaardag van de stripheld onderzoekt Marc van den Broek de gelijkenissen.
Enige irritatie over zoveel domheid kan Alasdair Henderson niet onderdrukken. Het hoofd van het toeristenbureau op het Isle of Arran in Schotland bekijkt de omslag van het Kuifjesboek The Black Island ('De Zwarte Rotsen'). 'Meneer, dit is niet het zwarte eiland. Dat ligt tweehonderd mijl naar het noorden, bij Inverness.' De speurtocht naar de inspiratiebronnen van Hergé gaat niet over rozen.

Precies 75 jaar geleden verscheen zijn eerste Kuifjestrip in Le Petit Vingtième, ruim twintig jaar is Hergé (pseudoniem voor Georges Remi) dood. Maar de populariteit van zijn stripheld is gebleven. Het nareizen van de reporter wordt populairder en populairder. Bijna alle boeken over de Belgische verslaggever met zijn witte hond verwijzen naar een soort werkelijkheid. Hergé had een omvangrijk fotoarchief met gebouwen, voertuigen en landschappen. Details moesten kloppen, vond de tekenaar, dat droeg bij tot de geloofwaardigheid van zijn verhaal. Hij ging veelal zelf kijken of stuurde een medewerker op pad.

Kasteel Molensloot bijvoorbeeld, waar Kuifje en kapitein Haddock wonen, is geïnspireerd op kasteel Cheverny aan de Loire in Frankrijk. In Cokes in Voorraad vlucht Emir Ben Kalish Ezab in een tempel, geïnspireerd op de ruïne bij het Jordaanse Petra. In De zaak Zonnebloem is een hotel aan het meer van Genève nagetekend. De gelijkenis met Hotel Cornavin is treffend. De enige discrepantie is dat Professor Zonnebloem op de niet bestaande kamer 122 logeerde. De hotelbaas heeft bij de ingang een grote figuur van Kuifje neergezet, alsmede een uitleg dat het helaas niet mogelijk is de kamer van Zonnebloem te boeken.

Maar de sporen van de stripheld zijn niet altijd zo eenvoudig te vinden, blijkt in het winterse Schotland. Het Zwarte Eiland, een schiereiland aan de oostkust van Schotland, heeft weinig meer te maken met het boek dan de naam. Toch moeten die sporen er zijn. Want De Zwarte Rotsen is een van de weinige stripboeken die liefst twee keer is herzien. Na de eerste uitgave in 1938, kwam een kleureneditie in 1943 en een ingrijpend gewijzigde versie in 1965. De Engelse uitgever die een vertaling wilde, ontdekte ruim 130 onnauwkeurigheden en eiste een modernisering naar na-oorlogse Engelse maatstaven.

Meegaand als hij was deed Hergé wat hem was gevraagd. Hij stuurde medewerker Bob de Moor naar Schotland, en die kwam terug met een schat aan gegevens. De stoomtrein werd elektrisch, het kasteel kreeg meer eigen stijl, de hekjes langs de weg werden anders, de uniformen van de politieagenten werden Schots - geen enkel plaatje bleef gespaard.

Het verhaal bleef gelukkig hetzelfde. Kuifje rolt een bende valsmunters op die in een gewelf van een kasteel drukpersen heeft opgesteld. Een beest nog gruwelijker dan het monster van Loch Ness, de gorilla Ranko (met een knipoog naar King Kong, de film die net uit was) houdt nieuwsgierigen op afstand. Hergé was actueel. De mythe van Loch Ness was net geboren.

Het kasteel, of althans iets dat daarop lijkt, zou op Arran staan, melden kenners van het werk van Hergé. Ze doelen op Lochranza Castle. VVV-baas Henderson kijkt naar de tekening. Hij schudt opnieuw het hoofd. 'Dit lijkt in de verste verte niet op Lochranza.' Voor een partijtje golf, een fikse wandeling of een geologische excursie is iedereen welkom, maar voor het najagen van Kuifje moet je niet op Arran wezen.

Het vriest lichtjes op het eiland. Het is windstil, de natuur zucht onder een dun laag rijp, en de lucht is blauw, niet het weer dat je verwacht in het winderige en natte Schotland. Aan zee is het groen, de ruim 800 meter hoge top van het eiland lijkt dun bestrooid met poedersuiker.

Kuifje reisde per boot naar het kasteel, maar ons kasteel ligt niet op een eenzaam rotspunt ver weg in zee. Het is op Arran veel eenvoudiger. Een smalle asfaltweg kronkelt langs zee naar Lochranza, 25 kilometer van Arran's hoofdstad Brodick. Het eiland is fors groter dan Texel en ligt op een uur varen van het Schotse vastelandbij Ardrossan, niet ver van Glasgow.

Het noorden is woest en ledig waar gletsjers wijde dalen hebben uitgesleten. Overal bloeit de gele gaspeldoorn. Aan het eind van zo'n dal ligt het dorpje Lochranza, en aan de monding van de rivier ligt het kasteel. In eerste instantie lijkt de VVV-baas gelijk te hebben. Dit lijkt in niets op het fameuze kasteel van Kuifje. Hoe kan iemand van de klare lijn, als Hergé, dit hebben uitgekozen?

Lochranza Caste is een groot uitgevallen woonhuis uit de dertiende eeuw. Later zijn er vierkante torens bijgebouwd om het geheel meer status te geven. Deze combinatie van bouwstijlen is vaker toegepast in Schotland, maar in Lochranza is het redelijk bewaard gebleven, reden waarom het kasteel onder de bescherming staat van Historic Scotland. Imposant was het in die tijd zeker, en nu ook nog. Lange rechte hoge muren met alleen wat openingen om een loop naar buiten te steken. De noordoost kant van het kasteel is ingestort tijdens een storm in 1871. Het dak is er af, de wind heeft vrij spel. Lochranza is een ruïne, waarvan de ingang is afgesloten met een stevig ijzeren hek. 'Sleutel bij het postkantoor', staat er.Helaas. 'Winter', zegt de beambte van het postkantoor tevens enig kruidenier van het dorp. 'Gevaar voor uitglijden.' Ze vertoont zich onvermurwbaar. Dan mengt Janet Primrose zich in het gesprek, die toevallig net boodschappen komt doen. Ze beheerde vroeger de sleutel van de kasteelruïne en vindt het onzin dat die in de winter niet mag worden meegegeven.

Maar hoe zit het nu met Kuifje, of zoals hij in Engeland heet, Tintin?
'U bent niet de enige', zegt ze. 'Uit de hele wereld komen ze, op zoek naar sporen.' Of het kasteel dat ze ruim zestien jaar beheerde werkelijk model heeft gestaan voor Hergé, durft ze niet te zeggen. Ze kijkt naar de plaatjes. 'Tja, zo tekent elk kind een kasteel. Zo'n torentje. Dit kasteel ligt overal en nergens. De tekening is gewoon te weinig specifiek.'

Peter Horemans, van de rechtenhouder Moulinsart die waakt over het werk van Hergé, had al gewaarschuwd. 'Ik heb bij de archieven Hergé navraag gedaan over Lochranza en ze kunnen geen verwijzing vinden. Ach meneer, u moet ook niet gaan naar de plekken die u als kind hebben gefascineerd. U kunt alleen maar ontgoocheld raken.'

De vraag is of die achterdocht terecht is. Zei de jonge reporter in De Zwarte Rotsen (pagina 23) niet zelf: 'Op pad. Misschien vind ik iets dat mij weer op hun spoor brengt.' In de Kuifje-literatuur wordt twee keer melding gemaakt van Lochranza als inspiratiebron. Kuifje-kenner Michael Farr schreef een artikel over Kuifje in Schotland in het Franse tijdschrift Geo, na een uitgebreide trip over Arran.

'Het kasteel van Lochranza stond zonder twijfel model voor Hergé. Het beschikt inderdaad over de wonderlijke karakteristiek van het kasteel van de Zwarte Rotsen', schrijft Farr, 'waarin zowel ronde en vierkante torens te vinden zijn afkomstig uit verschillende tijden.' Ook in de biografie van de Engelse liefhebber Harry Thompson uit 1991 wordt Lochranza genoemd. 'Waarom ik dat zeker weet?', zegt Thompson. 'Dat weet ik niet meer. Ik heb het boek ruim tien jaar geleden geschreven, maar de dingen die ik opschrijf, kloppen. Ik heb een hele dag gesproken met Hergé's medewerker Bob de Moor die voor de herziening van het album naar Groot-Brittannie is gegaan.'

Behalve Lochranza zijn er meer flarden Kuifje op te snuiven op Arran. De witte vissershuisjes die Hergé tekenden (pagina 42), zijn er, evenals de talrijke stenen muurtjes als akkerafscheiding waartegen het vliegtuig met Kuifje verongelukte (pagina 39), en het Schotse landschap (pagina 40) zelf. 'Maar typisch Arran is dit niet', zegt Alan Monteith, kenner van het eiland. 'Het is Schots.' Ook hij buigt zich over het album en het kasteel.

'Nou ja, als je de grote ronde toren van het plaatje wegdenkt, dan krijg je het idee dat Lochranza model heeft gestaan', zegt hij bladerend door het boek. 'De naam Kiltoch, is erg Schots. Ja, er is een hotel hier dat Kinloch heet, maar of dat ervan is afgeleid? Het lijkt me niet.' Hij wijst naar de zuidkust van het eiland met uitzicht op wat in de volksmond de Piramiderots heet. 'Dat is Alisa Craig en het heeft wel wat van de rots op de omslag, maar nogmaals dit soort dingen vind je overal in Schotland.'

De gelijkenis is frappant met dank aan het heldere weer. Scherp tekent de granietpunt zich af, in de verte is Noord-Ierland zichtbaar. Alleen het kasteel ontbreekt uiteraard. Maar de grootste gelijkenis is te vinden in King's Cave. Kuifje vlucht voor de gorilla in een grot, eigenlijk een brede rotsspleet, breed genoeg voor hem en Bobbie, maar te smal voor Ranko. Hij is gered, ware het niet dat het tij keert en hem dreigt te overspoelen. Het water dwingt hem door de spleet omhoog te klauteren en zo vindt Kuifje de kelder waar de valsemunters aan het werk zijn.

'De grot is niet beroemd door Kuifje', haast Monteith te verklaren, maar vanwege de Schotse geschiedenis en de aanwezigheid van rotsschilderingen. Robert the Bruce, die begin 1300 koning van Schotland werd na een opstand tegen de Engelse bezetters, zou in King's Cave hebben gewacht op het juiste moment om de Engelsen uit Schotland te verdrijven.

Op pad. 'Misschien vind ik iets dat me op het spoor zet', om in de sfeer van Kuifje te blijven. De grotten liggen op ruim een uur wandelen van het plaatsje Blackwaterfoot aan de westkust, langs een golfterrein en imposante pilaarrotsen. Arran is een wonderbaarlijk mooi eiland. De koningsgrot is afgesloten met een hek, de sleutel is te krijgen bij hotel Kinloch.

Achterin, blijkt na opening, ligt de driehoekige ingang van de spleet, die erg lijkt op wat in het boek te zien is. Vroeger, veel vroeger had de zee hier vrij spel en stroomde het water in en uit op het ritme van het tij. De spleet is snel te smal voor een volwassene. Net als in het boek loopt hij hoog, heel hoog door. Het Kuifjegevoel borrelt onstuitbaar naar boven, veel meer dan bij het kasteel.

Eremunt voor Kuifje

  • Op 10 januari 1929 verscheen de eerste aflevering van het stripverhaal Kuifje in het land van de Sovjets in de jeugdbijlage Le Petit Vingtième van het Belgische tijdschrift Le Vingtième Siècle. Vandaag vieren stripliefhebbers zijn 75ste verjaardag.
  • Op verschillende plaatsen worden activiteiten georganiseerd om Kuifje (Tintin in andere talen) en zijn schepper Hergé te eren.
  • Ter gelegenheid van het jubileum slaat de 'weduwe' van Kuifje, Fanny Rodwell, donderdag een speciale zilveren 10 euro munt in Brussel.
  • De VVV van Brussel heeft een twee uur durende wandeling Kuifje, zoon van Brussel uitgezet. Die voert langs de belangrijke plekken van Hergé en Kuifje.
  • In château Cheverny aan de Loire, dat model heeft gestaan voor kasteel Molensloot, is een permanente tentoonstelling geopend.
  • In het National Maritime Museum Londen loopt van 31 maart tot en met 5 september de tentoonstelling Kuifje op Zee. Deze tentoonstelling is nu nog tot eind januari te zien in het Museu Mari´tim in Barcelona.
  • In het Rijksmuseum voor Volkenkunde in Leiden loopt al enige tijd Kuifje en de Inca's. Op 10 en 11 januari krijgen alle bezoekers aan de expositie taart en ballonnen. Iemand verkleed als stripfiguur uit Kuifje heeft gratis toegang. De tentoonstelling duurt nog tot en met 29 augustus. Voor de expositie zijn de albums De 7 kristallen bollen en De Zonnetempel het uitgangspunt. www.brusselinternational.be www.chateau-cheverny.fr www.nmm.ac.uk
  • Van Bordurië tot de maan. Reizen zit Kuifje in het bloed, een beetje verslaggever komt overal. Hij heeft in zijn boeken alle bewoonde continenten aangedaan met uitzondering van Australië. De reporter was in Vlucht 714 onderweg naar Sydney, maar het vliegtuig werd gekaapt en het avontuur speelde zich voornamelijk af in Indonesië.
  • De stripheld komt verder werkelijk overal. De eerste boeken werken de werelddelen en toenmalige machtsblokken nog systematisch af. Eerst ging het naar de communistische Sovjet-Unie, daarna naar donker Afrika en vervolgens naar het kapitalistische Amerika.
    In De Sigaren van de Farao bezoekt Kuifje de Arabische wereld en in De Blauwe lotus maakt hij kennis met China. Zuid-Amerika is in het boek Het Gebroken Oor aan de beurt. Oost-Europa wordt evenmin vergeten. Enkele boeken spelen zich af in de verzonnen staten Syldavië en het agressieve Bordurië. Ze zijn onmiskenbaar Oost-Europees, maar vallen niet makkelijk naar één land terug te voeren, meer naar een gebied - de Balkan. Daarna gaan de Kuifje-verhalen alle kanten op: Schotland, IJsland, Peru, Marokko, Tibet en niet te vergeten de wereldzeeën. Heel soms blijft Kuifje gewoon thuis, zoals in De Juwelen van Bianca Castafiore, dat speelt in en rond kasteel Molensloot (Moulinsart in het Frans), waar Kuifje, kapitein Haddock en professor Zonnebloem wonen.Het hoogtepunt van zijn reislust is Mannen op de Maan. Lang voordat Neil Armstrong over de maanbodem stapte, in 1969, deed Kuifje dat al: in 1954.
<<terug

Archief

Viseten wordt visslikken: artikel in het katern Gezond van de Volkskrant (12 juni 2004)

Overbodige lichaamsdelen: Amandelen katern Gezond de Volkskrant (januari 2004)
Sporen van een stripheld: Kuifje in Schotland katern traject de Volkskrant (januari 2004)


recent_foto
column
fair dinkum
wijziging op: 9-03-2010